Ekoplaza is rijk aan klanten die van nature meer geïnteresseerd zijn in duurzame en plantaardige voeding. Foto: Ekoplaza
In dit artikel
Ekoplaza heeft als enige supermarkt in de Eiweet-meting de branchebrede doelstelling voor 2030 ruimschoots weten te overtreffen. Met 66,2% plantaardige-eiwitverkoop steekt de keten ver uit boven het branchegemiddelde van 41,6%.
Waar de andere ketens naar 60-40 willen heeft Ekoplaza de ambitie bijgesteld naar 70-30. Het is als een zaalvoetbalwedstrijd winnen met 23-3. De KNVB zou er een onderzoek naar matchfixing tegenaan gooien. Met 44,2% scoort Albert Heijn overigens helemaal niet verkeerd, maar het steekt er wel bleekjes bij af. Er is zelfs een schaduwrandje: het is een pijnlijke daling van 0,3 procentpunt ten opzichte van 2023, terwijl het doel voor 2024 op 47% lag.
Ekoplaza maakt keuzes
Wat doet Ekoplaza dan zo goed? Om te beginnen is de formule rijk aan klanten die van nature meer geïnteresseerd zijn in duurzame en plantaardige voeding. Dat helpt. Daarnaast – en dat maakt het interessant – draait de keten wel degelijk actief aan de knoppen. Zo bestaan de recepten uit het inspiratiemagazine Lekker Weten voor 75% uit vegetarische gerechten en 40% is zelfs volledig plantaardig.
Minder dan 10% van de aanbiedingen bestaat uit rood vlees en de helft van de aanbiedingen bestaat uit eiwitbronnen met een lage milieu-impact. Maximaal 26 weken per jaar staat er vlees in de folder en daar staat altijd een vegetarische optie tegenover. Dat is consequent en meetbaar beleid. Om het doelcijfer te behalen is Ekoplaza daarbij soms ook regisseur in de zo kort mogelijk en liefst plantaardige keten. Het maakt de keten onderscheidend en maakt dat klanten hogere prijzen betalen.
Ekoplaza draait wel degelijk actief aan de knoppen
Marges, marges, marges
Misschien is dat wel het sleutelwoord: marge. AH maakt 4 cent op de euro. Dat is riant voor supermarkten, maar aandeelhouders willen altijd meer. Jumbo maakt 13 keer zoveel minder op een euro. Plus draait – vooralsnog? – in het verlies. Er staat dus enorme druk op het verdienmodel van supermarkten. Ze schrapen om die reden marge, het liefst in groepen met hoge omloopsnelheden. Dat gaat onder het motto: verkoop veel, waar je meer op verdient.
Wie dus de machinekamer van AH binnenloopt, ziet inderdaad een mannetje of vrouwtje vlijtig sleutelen aan de eiwittransitie door bijvoorbeeld Terra-assortiment te introduceren. We zien tegelijkertijd echter ook een mannetje dierlijke proteïnes toevoegen aan zuivel. AH verkoopt immers veel zuivel en wil met proteïnezuivel daarop meer verdienen. Achterin staat nog iemand AH Hamburgers ‘met toegevoegd rundereiwit’ in elkaar te draaien. Bij andere ketens rommelt het net zo in de machinekamer. Krachten en tegenkrachten houden de delicate machine op toeren.
Bij alle supermarkten staan de marges onder druk. Ekoplaza doet het niet veel beter. Wel veel beter in de eiwittransitie. Door te kiezen kan het zich handhaven in de niche. De supermarkt kan ook hogere prijzen bedingen voor een klant die bewuster inkoopt. Maar kosten zijn ook hoog.
Ingrijpen
Ekoplaza kan dus zeker een lichtend voorbeeld zijn. Uiteindelijk gaat het om de kapitein op het schip. Wil die op korte termijn meer vermogen (marge x omloopsnelheid) of gaat die voor echte, ingrijpende keuzes. Dat laatste, daar zijn supermarkten nooit goed in geweest. Sterker nog, als het echt moet is het de overheid die uiteindelijk ingrijpt: tabak werd verboden, op alcohol mag maximaal 25% korting worden gegeven en op frisdrank zit suikertaks, vapes met een smaakje zijn verboden. Op zo’n ingrijpen zal het bij de eiwittransitie ook wel uitdraaien.